Van der Heem N.V. en aanverwante bedrijven - Den Haag, Utrecht en Sneek |
||
ERRES K.I. III en IV Radio ontvangtoestel 1927 |
|
|
De K.I. III en IV (k.i. 3 en 4) zijn speciaal ontworpen voor het gebruik in de tropen. De ERRES folder uit die tijd vermeldde het volgende: |
||
Prijs van het toestel exclusief toebehooren . . . . f 160,- ERRES K.I. III, van achter gezien. ****
* Met Indië werd destijds Nederlands-Indië, het huidige Indonesië, aangeduid. |
||
Het tijdschrift Radio Expres plaatste in nr.4 van 27 januari 1928 het volgende artikel; |
||
Kortegolfontvangers Erres, 3 en 4-lamps. Door de firma R.S. Stokvis en Zonen, Rotterdam, werd ons een tweetal korte golfontvangers ter beproeving gezonden waarin een volkomen oplossing is gegeven aan één der meest dringende vraagstukken bij de ontvangst van ultra korte golven. Ieder, die practische ervaring bezit omtrent het werken met eenigszins aanmerkelijke laagfrequentversterking achter een eenvoudigen korte golfontvanger met detectorlamp, is ook bekend met het euvel, waarvoor de Amerikanen den term "fringehowl" hebben ingevoerd, hetgeen we gevoeglijk kunnen vertalen door "randgehuil". Op den rand van genereeren namelijk, dus op het punt van instelling, dat men speciaal voor telefonie zoo noodig heeft, treedt bijna altijd een fluitend, huilend of soms roffelend geluid op; brengt men de terugkoppeling over den rand heen, zoodat het toestel genereert, dan verdwijnt dit gebrul; bij telegrafie-ontvangst geeft het dus weinig hinder; voor telefonie moet men echter door dit euvel verder van den rand van genereeren blijven, dan met 't oog op de sterkte wel wenschelijk is. Het "randgehuil" is daarom een zeer ernstige moeilijkheid. In R.-E. No. 18 van het vorig jaar hebben we er o.a. op gewezen onder het opschrift: "Een lastig verschijnsel". Wij schreven toen, dat het vinden van een afdoend middel ertegen, groote practische waarde zou hebben. In de nieuwe Erres-apparaten mogen we nu een ontvangertype begroeten, dat werkelijk deze fout definitief overwonnen heeft. Het komt ons na beproeving voor, dat daarbij wellicht aan sterkte iets is opgeofferd, maar men luistert nu met 2 lampen laagfrequent achter den detector veiliger dan vroeger zelfs met enkele lamp. De overgang in genereeren is zóó soepel en onhoorbaar zacht als zelfs in toestellen voor lange golven maar zelden voorkomt. Het is een verbluffende verbetering, waardoor de ontvangst van Amerikaansche telefoniestations op 20, 30 en 60 meter en ook van Bandoeng met ongekend gemak plaats heeft. Deze Erres-ontvangers zijn geheel in tropenuitvoering gebouwd, met volkomen insectendichte kast van teakhout. Het 3-lampstype is feitelijk enkel voor de zeer korte golven gemaakt, met niet-afgestemde antenne en slechts één afstemkring. Bij het 4-lampstype is vóór den drielamper een hoogfrequenttrap toegevoegd, met een tweede afstemming; daardoor is dit toestel tevens een gewone omroepontvanger, met uitwisselbare spoelen, geschikt voor àlle golven van 5 tot 20.000 meter. Als de hoogfrequentlamp wordt uitgedraaid en de doorverbinding met de plaat dier lamp verwijderd, houdt men den drielamper voor de ultra-kortegolf over. Het is dus een practische en effectieve combinatie. Naar wij vernemen, komt van dit laatste type nog een tweede apparaat in den handel met 5 lampen, n.l. met 3 laagfrequent lampen. Wij hopen ook dit binnenkort na beproeving te kunnen bespreken. De 3-lamper brengt overigens op kleine antenne de Amerikaansche kortegolftelefonie al flink uit den luidspreker. Dit toesteltype brengt de ontvangsttechniek op de ultra korte golf een heelen sprong vooruit.
|
||
Spelling en stijl van folder en tijdschriftartikel anno 1928. Een scan van de originele folder uit 1928 kunt u hier downloaden, als PDF-file. Met dank aan Paul Bolt (NVHR) voor het scannen. |
||
VDH |