Achtergrond
In 1958 besloot de Duitse regering de Lockheed F104 aan te schaffen
als het standaard all-weather multi-role jacht-bommenwerper en
verkenningsvliegtuig voor de West-Duitse Luftwaffe. Dit besluit
was mede gegrond op industrie-politieke overwegingen. Lockheed
was bereid licentierechten te verlenen om de F104 door derden
te laten produceren. Om de kosten omlaag te brengen door schaalvergroting
besloten ook Nederland, België en Italië de
F104 aan te schaffen. De F104 werd wegens de hogere eisen voor de
nieuwe taken door Lockheed verder ontwikkeld uit de eerdere Starfighter
versies. Hierdoor waren ook Canada en Japan geïnteresseerd;
ook zij opteerden voor licentiebouw.
Voor de Europese productie werd
een consortium opgericht waarin een groot aantal Europese industrieën
deelnamen. De productie werd verdeeld over vier groepen. De Noord Groep
met Fokker als "hoofdaannemer",
de West Groep, met SABCA (België), de Zuid Groep (Messerschmitt)
en de Italië Groep (FIAT). Subsystemen werden door diverse Europese
industrieën gefabriceerd. Zo kreeg Van der Heem de order voor
de UHF zend/ontvanger voor alle in Europa geproduceerde F104-G Starfighters.
Interessant is ook dat door de Canadese deelname Collins Canada de
UHF zend/ontvanger AN/ARC-552 adapteerde voor de F104, die op zijn
beurt oorspronkelijk door Collins USA als AN/ARC-52 ontwikkeld was.
Zodoende hebben alle Europese (F104G), Canadese (CF104) en Japanse
(F104-J) Starfighters dezelfde ARC-552 UHF zend-ontvanger (Overigens
ook de andere avionica was hetzelfde).
Telco 2
De productie van de ARC-552 vond plaats in het Telco 2 gebouw, op
het Van der Heem complex aan de Maanweg in Den Haag. Op de foto is
aangegeven waar dit gebouw zich bevond. Het lag tegenover het Telco 1 gebouw en het ontspanningsgebouw en grensde aan de achterzijde
van het complex, waar de Saturnusstraat liep. Overigens is er niets
meer terug te vinden van de gebouwen tussen de Maanweg, de Regulusweg
en de Saturnusstraat. Gelukkig is er een aantal fraaie foto's bewaard
gebleven uit de tijd van de ARC-552 productie.
Hier
een gezicht op de montage van de chassis van de ARC-552. Op de voorste
stelling staan chassis in verschillende stadia van opbouw. Ook is
te zien dat Van de Heem een beperk soort "lopende band" systeem
gebruikte. (de band liep niet, de monteurs schoven als hun taak compleet
was het product door naar hun buurman). Op de stelling verderop staan
complete sets, losse kappen en gevulde chassis klaar voor eindcontrole.
De foto is genomen in de richting van de achtergevel aan de Saturnusstraat.
Achteraan zijn stapels bakken te zien van de HTC 2305 Marifoon, die
in diezelfde tijd in productie was.
De tweede
foto is genomen vanuit de hoek rechts achterin op de vorige. Van de
set vooraan waar je tegenaan kijkt, is o.a. de tandwielplaat voor de
afstemming te zien. In de stelling de welbekende normaalbakken. Bovenaan
is nog juist de balustrade te zien van de gedeeltelijke eerste verdieping
waar veel van de modulen van de ARC-552 werden gemaakt.
De
volgende foto is weer vanaf de balustrade genomen. Deze is duidelijk
op een ander tijdstip genomen, op de andere twee foto's staan de apparaten
wel heel keurig in de rij. Dit is meer de situatie op
een normale werkdag. De liggende apparaten zijn gereed voor eindkeuring
of afname door de Luchtmacht.
De
laatste foto komt uit het VDH'tje van 6 september 1963 die ter gelegenheid
van het 25-jarig jubileum van de heer Huisman is gemaakt. Deze foto
geeft nog een indruk van het Telco 2 gebouw. Geheel achteraan het gedeelte
waar de ARC-552 werd gemaakt, door de ramen rechts keek je tegen het
ontspanningsgebouw en Telco I aan. Links boven de montageafdeling op
de eerste verdieping.
Fabricage
Het fabriceren van professionele
en militaire apparatuur was voor Van der Heem begin jaren zestig van
de 20ste eeuw al niet nieuw meer. Zo maakte men o.m. al onderwaterdetectie
apparatuur voor de Koninklijke Marine en een zelf ontwikkelde HF zend/ontvanger
voor de Koninklijke Landmacht, de GRC-3030.
 Zoals
indertijd gebruikelijk, maakte Van der Heem de apparatuur grotendeels
zelf, inclusief alle metaalwerk in de eigen draaierij (o.a. de hiervoor
genoemde tandwieltjes) en plaatbewerking. Veel nabewerking werd in
de galvanische afdeling gedaan. Ook veel spoelen werden in de eigen
wikkelarij vervaardigd.
Naar
huidige maatstaven zat er ongelofelijk veel handwerk in de fabricage van
deze apparatuur. Alle afstandsbusjes, holnietjes en kleine onderdelen werden
met handpersjes bevestigd; alle weerstanden, condensatoren en miniatuurbuisjes
met de soldeerbout handmatig gesoldeerd. Voor een indruk van de constructie
van de modulen zie de twee foto's links en rechts. De linker foto is van het
audio versterker module, de rechter van de UHF voorversterker.
Kwaliteitsbewaking
bestond - ook gebruikelijk indertijd voor professionele apparatuur
- uit 100% controle. Alle subsamenstellingen en complete modulen werden
100% visueel geïnspecteerd en mechanisch gecontroleerd, alle modulen
werden afgeregeld en gemeten en voorzien van een meetrapport. Na samenbouw
werd het complete apparaat op alle specificatiepunten gemeten, daarna
op de trilbank op een aantal punten gemeten en onderging vervolgens
een 24 uur duurproef. Tenslotte volgde een eindtest waarbij de
metingen vergeleken met eerdere, binnen nauwe grenzen gelijk moesten
zijn. De meetformulieren, vier A4-tjes, werden bij het
apparaat gevoegd samen met alle testrapporten van de ingebouwde modulen.
Gewoonlijk eenmaal per week vond de afname
van een partij plaats door de Luchtmacht,
meestal zo'n 20 stuks. Na goedkeuring werden de apparaten verzonden
naar Fokker, SABCA, Messerschmitt en Fiat voor inbouw in de aldaar
gefabriceerde F104G Starfighters. |